Vroeger was ik supermama. Wat ik zei was vaak goed en kreeg eigenlijk altijd wel gelijk. Samen dansten en zongen wij alle liedjes van K3 mee en mocht zij als Mega Mindy op haar pony rijden.
Dyslexie was een ding wat nogal raar was blijkbaar op haar basisschool en dikwijls kwam mama de leeuwin weer eens even een brul geven. Hartverscheurend was het om te zien dat je kind zo vreselijk haar best doet en het zwart op wit staat dat zij een ernstige vorm van dyslexie heeft en dat zij gewoon wat hulp nodig heeft. Nooit zal ik vergeten hoe de remedial teacher zei dat we gewoon moesten wachten op “de klik”. Mijn God, onder welke steen had die geslapen. Neem een slechtziende zijn bril af en wacht op “de klik”, hij zal dan weer scherp zien. Of pak de invalide zijn rolstoel af en echt die “klik” komt vanzelf hoor. Lopen dat hij dan doet!
Toen deze woorden werden uitgesproken zat mijn dochter in groep 3. Groep 3 had dat jaar 8 verschillende leraren gehad. Een juiste begeleiding heeft zij dan ook niet gehad. De directrice was het helemaal eens met de remedial teacher en dacht dat een jaartje overdoen alle problemen dan voor de zon zouden verdwijnen. Al had zij 100x groep 3 gedaan dyslexie heb je en hou je. Met de juiste (en vaak simpele aanpassingen) kom je een heel eind. Mijn dochter mocht gewoon door naar groep 4 en 5,6,7,8.
De middelbare school was welwillender. Frans mocht zij na een jaar al laten vallen en dat haalde zoveel stress bij haar weg. Veel leraren hadden begrip en hielpen waar zij maar konden. Andere leraren leken begrip te tonen. Vorige week vertelde mijn dochter dat een lerares tegen haar had gezegd een paar weken geleden: “Ik wist niet zeker of jij wel echt dyslectisch was. Ik dacht dat het een puberdingetje was”. Diezelfde lerares vertelde tijdens de 10 minuten gesprekken nog dat het zo sneu was allemaal want ondanks de grote moeite dat het mijn dochter kost, bleef zij super hard doorzetten. Een opgever was het niet.
Maar mijn dochter is op een leeftijd dat haar moeder niet meer de leeuwin mag uithangen. Nauwlettend hou ik haar in de gaten. Haar examens komen er aan. Ze vecht, ze ploetert, ze geeft niet op. Nee, ze wil geen computerprogramma die haar de vragen voorleest. Ze wil het zelf doen. Nee, ik mag haar niet helpen, dat werkt alleen maar averechts.
Kansberekeningen vliegen je hier om de oren. Want dat soort dingen kan zij erg goed. Vier situaties zijn uitgeschreven en met een gele marker gearceerd.
Ik kan alleen maar zorgen voor wat rust hier en goede voeding. Hmmmm, welpjes verzorgen. Kan ik toch nog een beetje een leeuwin zijn.
Solo.